Rectificatie
Op dit artikel is de volgende verbetering gekomen:
In dit artikel staat onder het kopje ‘Trend en vergelijking 2018-2021 met 2022-2024’ de zin ‘De percentages DKK-scores en DKV-scores ‘goed’ of ‘voldoende’ waren in 2018-2021 respectievelijk 74,2 en 87,7% (p = 0,028), en in 2022-2024 respectievelijk 27,6 en 54,6% (p < 0,001).’ Dat is onjuist. Er had moeten staan:
Het percentage DKK-scores ‘goed/voldoende’ was in 2018-2021 74,2% en in 2022-2024 87,7% (p = 0,028); het percentage DKV-scores ‘goed/voldoende’ was in diezelfde tijdvakken respectievelijk 27,6 en 54,6% (p < 0,001).
In het verleden moesten buitenlandse artsen vaak aanvullende stages lopen voordat zij in het BIG-register ingeschreven konden worden. Sinds 2021 zijn er instanties die buitenlandse artsen ondersteunen bij de voorbereiding op het assessment. Helpt dat?
Samenvatting
Doel
Het effect analyseren van de voorbereiding van artsen van buiten de Europese Economische Ruimte (‘international medical graduates’, IMG’s) op het beroepsinhoudelijk assessment dat zij met goed gevolg moeten afleggen om in Nederland als arts te mogen werken.
Opzet
Retrospectief observationeel onderzoek
Methode
Alle IMG’s die tussen 1 januari 2018 en 1 januari 2025 de procedure tot en met het adviesgesprek hadden doorlopen, werden geïncludeerd. Gegevens werden ontleend aan het register waarin de resultaten van het beroepsinhoudelijk assessment en de adviezen van IMG’s centraal worden geregistreerd. De resultaten van het beroepsinhoudelijk assessment en de daaruit voortvloeiende adviezen bij IMG’s uit 2018-2021 werden vergeleken met die van 2022-2024.
Resultaten
De resultaten van het assessment waren in 2022-2024 statistisch significant beter dan in 2018-2021. Het percentage advies ‘geclausuleerd inschrijven’ (in het BIG-register) steeg van 47,5% in 2018-2021 naar 76,9% in 2022-2024.
Conclusie
Wij concluderen dat de meeste IMG’s, anders dan voorheen, thans goed voorbereid zijn op het werken als arts in Nederland.
Reacties