Is bij borstkankerpatiënten ouder dan 60 jaar na een mammasparende operatie extra lokale bestraling nog wel geïndiceerd?

- Recent results from the European Organisation for Research and Treatment of Cancer (EORTC) trial of additional irradiation in patients with breast cancer, show that after breast-conserving surgery and radiotherapy (50 Gy) of the whole breast, an additional dose of 16 Gy on the tumour bed significantly reduces the local recurrence rate from 7.3 to 4.3. A relative reduction was seen in all age groups but was most significant in patients aged 40 years and below (19.5 versus 10.2). In women aged 60 years and over, the local recurrence rate after radiotherapy of 50 Gy (without the additional radiation dose) is already very low (4.0). Therefore it is questionable whether an additional dose of 16 Gy (reducing the recurrence rate to 2.5) is still justified as a standard treatment in this age group.

Zie ook het artikel op bl. 416.

Sinds in diverse grote gerandomiseerde trials is aangetoond dat de overlevingskansen van patiënten met mammacarcinoom in stadium I of II na borstsparende therapie en na mastectomie gelijk zijn, is de borstsparende behandeling een wereldwijd geaccepteerde standaardbehandeling voor patiënten met mammacarcinoom. Dit past in de ontwikkeling die de laatste decennia gaande is om mutilerende chirurgie te vervangen door orgaansparende behandelingsmethoden, bestaande uit een combinatie van beperkte lokale chirurgie en radiotherapie (en op indicatie chemotherapie). Borstsparende behandeling, bestaande uit een ruime lokale excisie van de tumor met een macroscopische marge gezond weefsel van 1 cm (zogenaamde lumpectomie), een okselstadiërende ingreep en postoperatieve radiotherapie, is een veilige behandeling gebleken die gelijkblijvende overlevingsresultaten vergeleken met mastectomie combineert met behoud van lichamelijke integriteit, redelijke tot goede cosmetische resultaten en een betere kwaliteit van leven met behoud van het lichaamsbeeld.1 De schildwachtklierprocedure, waarmee patiënten zonder oksellymfkliermetastasen met…