Behandeling van de ziekte van Alzheimer met tacrine

Opinie
H.C. Weinstein
S. Teunisse
W.A. van Gool
H. van Crevel
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135:1575-7

Onlangs beschreven Eagger et al. in de Lancet een gerandomiseerd, dubbelblind, met placebo gecontroleerd, gekruist onderzoek naar therapie met tacrine (tetrahydroaminacridine) bij de ziekte van Alzheimer.1 Zij vonden dat dit medicament, in combinatie met lecithine, duidelijk een gunstig effect heeft op de cognitieve screeningstest ‘mini-mental state examination’ (MMSE). Tacrine vermindert door zijn cholinesteraseremmende werking de afbraak van acetylcholine en er zijn goede redenen om aan te nemen dat beïnvloeding van het cholinerge systeem zinvol is bij deze aandoening.

Vermindering van de activiteit van het enzym choline-acetyltransferase, als maat voor de activiteit van cholinerge neurotransmissie in de cortex en hippocampus, is de meest consistente verandering die bij de ziekte van Alzheimer is beschreven.2 Deze vermindering is gecorreleerd met de ernst van de dementie,3 en met het vóórkomen van de kenmerkende histopathologische afwijkingen: seniele plaques en neurofibrillaire degeneratie.4 Bij gezonde vrijwilligers veroorzaakt blokkade van post-synaptische acetylcholine-receptoren met scopolamine…

Auteursinformatie

Psychiatrisch Centrum Amsterdam-Zuid en Nieuw-West, Valerius-kliniek, afd. Neuropsychiatrie, Amsterdam.

H.C.Weinstein, neuroloog.

Academisch Medisch Centrum, afd. Neurologie, Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam.

Drs.S.Teunisse, neuropsycholoog; dr.W.A.van Gool, assistent-geneeskundige; prof.dr.H.van Crevel, neuroloog.

Contact prof.dr.H.van Crevel

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties