Retinale venetakocclusie is een arteriële vaatziekte

Nieuws
Yvo Smulders
Download PDF

artikel

Waarom dit onderzoek?

Trombotische occlusie van een retinale venetak komt veel voor. Al langer was bekend dat het optreden van retinale venetakocclusie (RVTO) gerelateerd is met het hebben van risicofactoren voor arteriële en, in mindere mate, veneuze vaataandoeningen. Behalve voor hypertensie, leek het verband echter inconsistent en vaak zwak.

Onderzoeksvraag

Met welke aandoeningen is RVTO gerelateerd, zowel voorafgaand als na het optreden van de aandoening?

Hoe werd dit onderzocht?

In een groot Deens bestand met morbiditeitsgegevens van ongeveer 80% van de populatie verrichtte men een patiënt-controleonderzoek. Bij elke RVTO-patiënt selecteerde men 100 controlepatiënten. Men bekeek vervolgens de geregistreerde comorbiditeit in de 10 jaar voorafgaand, en in gemiddeld 7 jaar na van het optreden van de RVTO.

Belangrijkste resultaten

In het bestand trof men 1168 patiënten met RVTO aan. Voorspellende comorbiditeit voor RVTO betrof hypertensie, perifeer vaatlijden en diabetes mellitus. In de 7 jaar na de diagnose ‘RVTO’ trad er bij deze patiënten significant vaker hypertensie, diabetes mellitus, hartfalen of cerebrovasculaire aandoeningen op. De verbanden waren allemaal niet erg sterk, met oddsratio’s variërend van 1,37-1,84. Alleen hypertensie als voorspeller van RVTO had een hogere oddsratio (2,16). Het gebruik van medicatie zoals anticonceptiva en migrainemedicijnen toonde geen verband.

Consequenties voor de praktijk

Dit onderzoek bevestigt dat retinale venetakocclusie (RVTO) moet worden beschouwd als uiting van een gegeneraliseerde arteriële aandoening. Het mechanisme betreft waarschijnlijk verdikking van de retinale arteriën, waardoor de vene in de knel komt. Bij RVTO is meting van bloeddruk en glucoseconcentratie op zijn plaats. Veel specialisten zijn geneigd om ook lichte hypertensie sowieso wel te behandelen als er een RVTO is opgetreden, omdat men dit ziektebeeld beschouwt als teken van hypertensieve vaatschade en met behandeling recidieven probeert te voorkomen. Persoonlijk vind ik dat een redelijke overweging.

Literatuur
  1. M Bertelsen, A Linneberg, T Rosenberg, et al. Comorbidity in patients with branch retinal vein occlusion: case-control study. BMJ 2012;345:e7885. Medline

Auteursinformatie

Contact (y.smulders@vumc.nl)

Retinale venetakocclusie: de hoogste tijd voor cardiovasculair risicomanagement
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties